1936-37 Auto Union Type C Bergwagen & Stromlinienwagen
Geplaatst: 22-02-2016 15:09
Nu de GT40-motor in de laatste rechte lijn zit en de uitlaten staan te drogen voor afwerking, kan ik al een start maken met het volgende project: de Auto Union Type C uit 1936/1937.
De Type C was een voor die tijd revolutionair design. Hij had reeds:
* de motor centraal ingebouwd,
* een tubulair chassis, en niet meer het raamchassis van aan elkaar gelaste balken,
* onafhankelijke ophanging voor- en achteraan met torsiestangen. Een identiek systeem zien we even later terugkomen bij de door Porsche ontworpen Volkswagen,
* een centraal gemonteerde benzinereservoir. Dat heeft als groot voordeel dat de slinkende hoeveelheid benzine niet langer een invloed kan hebben op het bochtengedrag van de wagen,
* hydraulische remmen, waardoor de rijder zich kon concentreren op remdosering in plaats van brute kracht op een pedaal neer te zetten,
* een turbogeladen 6 liter V16 die tot 600 pk kon leveren.
Met deze auto kon Auto Union de eeuwige concurrent Mercedes serieus het vuur aan de schenen leggen, wat resulteerde in een winst in het GP kampioenschap in 1936, dat zo voor een onderbreking kon zorgen voor de hegemonie die Mercedes van 1934 tot 1939 had.
De kit is van Revival. Die Italiaanse fabrikant bouwt modellen op 1/20 die je elders niet zal vinden. Over het algemeen kan je zeggen dat de kits in de jaren zeventig zijn uitgebracht. Vandaag is het merk opnieuw actief en je kan de meeste kits opnieuw als nieuw aankopen. Weliswaar zijn de mallen nog steeds de originele.
De kits zijn van variabele kwaliteit. De pasvorm is niet echt denderend, bij geen enkele kit, maar als je je in het bouwen van Revivals wil storten, begin dan bij deze.
Ik bouw de "Bergwagen"-uitvoering. Dat wil zeggen dat de auto een extra paar achterwielen kreeg om aan hillclimbs deel te nemen en zo maximale tractie te hebben bij het uitaccelereren uit korte bochten en hairpins. In feite was dat het enige verschil met de circuit-versies.
Verder zal ik simultaan de gestroomlijnde versie bouwen. Let maar niet op de sticker die zegt dat de doos niet compleet is, ze is dat voor 99% wel. Terwijl de standaard race-versie topsnelheden kon halen tot 320 km/h, was mits enkele interne aanpassingen aan de motor en een gestroomlijnde body een topsnelheid van 380 km/h mogelijk. Met nog enkele aerodynamische aanpassingen heeft deze auto in 1937 op een recht stuk Autobahn in de buurt van Frankfurt een snelheid van 430 kmh gehaald Genoeg voor een record.
Ik ben van plan om één van beide wagens te detailleren en de andere gesloten te laten. Waarschijnlijk wordt de Stromlinienwagen open gelaten omwille van het mooie detail, maar het best kunnen dat ik gaandeweg de carosserie van de Bergwagen evengoed demontabel maak.
Ik ben begonnen met de inspectieronde van de modellen en je ziet al onmiddellijk dat er werk in zal kruipen. De bodies zijn voorgelakt in een soort van metallic grijs, wat al niet kan kloppen omdat er toen botweg geen metallic kleuren waren (volgens mij) maar los daarvan zijn bij beide modellen de lakwerken heel slordig uitgevoerd. Er zit stof en vuil in de lak, hij is veel te dik gespoten, de lak zit vol appelsienhuid en is op sommige plaatsen zelfs beschadigd. De modellen werden blijkbaar zelfs gespoten zonder eerst de bramen van de witmetalen bodies te verwijderen.
Nog enkele impressies van de aanpassingen die nodig zijn:
Hetzelfde geldt voor de Recordwagen:
onderdelen zjin ofwel niet passend:
We hebben met overspray te maken:
Of met vuil in de lak:
Maar in het algemeen zeg je best: "er is een beetje werk aan..."
Ik heb een start genomen met de body van de racewagen. Enkele randjes werden weggevijld . Die randjes moesten er zijn, maar ze waren veel te dik, te grof en slordig uitgevoerd. Ze zullen worden vervangen door geperforeerde strips wat veel correcter zal zijn.
Ook werd gezorgd dat de neus op de wagen past. Niet zo evident als het lijkt. Met gemonteerde neus komen de beide bodyhelften open te staan. Ik dacht eerst dat dat een fout zou zijn, maar de body is eigenlijk te smal om op de bodemplaat te zetten. De neus trekt dus de body opnieuw in vorm.
Ik ben ook nog tot de conclusie gekomen dat de voorste afdekking (niet de motorkap want de motor zit centraal) een flinke barst vertoond.
En de bodemplaat van de racewagen is op een moment gewoon in tweeën gebroken. Dat wordt dus scratchen.
Wel straf als je dit beeld bekijkt: eigenlijk zijn het twee dezelfde auto's ...
De Type C was een voor die tijd revolutionair design. Hij had reeds:
* de motor centraal ingebouwd,
* een tubulair chassis, en niet meer het raamchassis van aan elkaar gelaste balken,
* onafhankelijke ophanging voor- en achteraan met torsiestangen. Een identiek systeem zien we even later terugkomen bij de door Porsche ontworpen Volkswagen,
* een centraal gemonteerde benzinereservoir. Dat heeft als groot voordeel dat de slinkende hoeveelheid benzine niet langer een invloed kan hebben op het bochtengedrag van de wagen,
* hydraulische remmen, waardoor de rijder zich kon concentreren op remdosering in plaats van brute kracht op een pedaal neer te zetten,
* een turbogeladen 6 liter V16 die tot 600 pk kon leveren.
Met deze auto kon Auto Union de eeuwige concurrent Mercedes serieus het vuur aan de schenen leggen, wat resulteerde in een winst in het GP kampioenschap in 1936, dat zo voor een onderbreking kon zorgen voor de hegemonie die Mercedes van 1934 tot 1939 had.
De kit is van Revival. Die Italiaanse fabrikant bouwt modellen op 1/20 die je elders niet zal vinden. Over het algemeen kan je zeggen dat de kits in de jaren zeventig zijn uitgebracht. Vandaag is het merk opnieuw actief en je kan de meeste kits opnieuw als nieuw aankopen. Weliswaar zijn de mallen nog steeds de originele.
De kits zijn van variabele kwaliteit. De pasvorm is niet echt denderend, bij geen enkele kit, maar als je je in het bouwen van Revivals wil storten, begin dan bij deze.
Ik bouw de "Bergwagen"-uitvoering. Dat wil zeggen dat de auto een extra paar achterwielen kreeg om aan hillclimbs deel te nemen en zo maximale tractie te hebben bij het uitaccelereren uit korte bochten en hairpins. In feite was dat het enige verschil met de circuit-versies.
Verder zal ik simultaan de gestroomlijnde versie bouwen. Let maar niet op de sticker die zegt dat de doos niet compleet is, ze is dat voor 99% wel. Terwijl de standaard race-versie topsnelheden kon halen tot 320 km/h, was mits enkele interne aanpassingen aan de motor en een gestroomlijnde body een topsnelheid van 380 km/h mogelijk. Met nog enkele aerodynamische aanpassingen heeft deze auto in 1937 op een recht stuk Autobahn in de buurt van Frankfurt een snelheid van 430 kmh gehaald Genoeg voor een record.
Ik ben van plan om één van beide wagens te detailleren en de andere gesloten te laten. Waarschijnlijk wordt de Stromlinienwagen open gelaten omwille van het mooie detail, maar het best kunnen dat ik gaandeweg de carosserie van de Bergwagen evengoed demontabel maak.
Ik ben begonnen met de inspectieronde van de modellen en je ziet al onmiddellijk dat er werk in zal kruipen. De bodies zijn voorgelakt in een soort van metallic grijs, wat al niet kan kloppen omdat er toen botweg geen metallic kleuren waren (volgens mij) maar los daarvan zijn bij beide modellen de lakwerken heel slordig uitgevoerd. Er zit stof en vuil in de lak, hij is veel te dik gespoten, de lak zit vol appelsienhuid en is op sommige plaatsen zelfs beschadigd. De modellen werden blijkbaar zelfs gespoten zonder eerst de bramen van de witmetalen bodies te verwijderen.
Nog enkele impressies van de aanpassingen die nodig zijn:
Hetzelfde geldt voor de Recordwagen:
onderdelen zjin ofwel niet passend:
We hebben met overspray te maken:
Of met vuil in de lak:
Maar in het algemeen zeg je best: "er is een beetje werk aan..."
Ik heb een start genomen met de body van de racewagen. Enkele randjes werden weggevijld . Die randjes moesten er zijn, maar ze waren veel te dik, te grof en slordig uitgevoerd. Ze zullen worden vervangen door geperforeerde strips wat veel correcter zal zijn.
Ook werd gezorgd dat de neus op de wagen past. Niet zo evident als het lijkt. Met gemonteerde neus komen de beide bodyhelften open te staan. Ik dacht eerst dat dat een fout zou zijn, maar de body is eigenlijk te smal om op de bodemplaat te zetten. De neus trekt dus de body opnieuw in vorm.
Ik ben ook nog tot de conclusie gekomen dat de voorste afdekking (niet de motorkap want de motor zit centraal) een flinke barst vertoond.
En de bodemplaat van de racewagen is op een moment gewoon in tweeën gebroken. Dat wordt dus scratchen.
Wel straf als je dit beeld bekijkt: eigenlijk zijn het twee dezelfde auto's ...